We hadden een leuk zaaltje vol, op deze warme 1-mei avond.
Zaankanters van de SP, de PvdA, GL en ROSA kwamen eensgezind bij elkaar om de Dag van de Arbeid te vieren.
De avond werd enthousiast gepresenteerd door onze Hans Kuyper, die ook een interessante pubquiz had gemaakt. Met als mooie afsluiter De Internationale in elf talen. Zo weten we nu ook weer hoe dat in het Swahili klinkt.
De vier partijen hadden een speech voorbereid. Ze waren allemaal anders, maar kwamen stuk voor stuk uit het hart. Onze Mariska Schuttevaer sprak namens ROSA onderstaande woorden uit:
“We leven in rare tijden. Zo begon onze 1-april grap onlangs. Maar dat deel van de grap berust helaas op waarheid.
Deze dag, die lang geleden begon als dag om te demonstreren voor een kortere werkdag en betere arbeidsvoorwaarden, is tegenwoordig een dag waarop het socialisme gevierd wordt. Deze dag heeft altijd meer gestaan voor wat we vroeger lager geschoolde arbeidskrachten noemden, dan voor mensen die in de hoogste belastingcategorie vallen.
Tegenwoordig noemen we het verschil tussen lager en hoger opgeleid liever praktisch en theoretisch geschoold. Want er is niets laags aan met je handen werken.
Nu kun je dáár wel degelijk goed mee verdienen. Mijn vader was timmerman en wij hadden het, zoals je noemt “niet slecht.” Wat wel weer tot gevolg had dat mijn vader, hoe lief ook, een enorme VVD-er was. Want aan belasting betalen had hij een hekel. Dit leidde tot heel wat discussies aan de eettafel tussen hem en mij. Ik was immers een socialist in de dop.
In verkiezingstijd hing ik een poster van Joop den Uyl achter het raam, die hij demonstratief verscheurde als hij thuiskwam uit z’n werk. Dan ontsierde Wiegel weer een avondje ons straatbeeld. Tot de volgende morgen, want hij begon altijd veel vroeger dan ik naar school moest. Voldoende tijd voor mij om de posters weer om te ruilen.
Toen in het verleden de 8-urige werkdag was doorgevoerd, en de arbeidsomstandigheden sterk waren verbeterd, ging socialisme meer en meer betekenen dat je eerlijk deelt. Dat er plek is voor iedereen, dat er oog is voor de zwaksten en meest kwetsbaren. Socialisme is daarmee eigenlijk terug naar de oorspong van het woord, ‘socius’ is Latijn voor bondgenoot – een vriend voor wie je op de bres wilt staan. We moeten het samen doen. We zijn niet zozeer ergens tegen, maar we zijn er voor elkaar.
Onze mooie democratie geeft ons het recht om te stemmen op de partij van onze voorkeur. Hierbij maken we keuzes. Willen we minder belasting betalen, of vinden we het belangrijker dat oma een beetje goed verzorgd wordt in het verpleeghuis? Moet het milieu gered, of willen we meer banen en meer woningen? Mensen hebben altijd zo hun eigen afwegingen gemaakt voordat ze naar de stembus gingen. Alleen, vóór de opkomst van sociale media waren dat doorgaans wel keuzes op basis van redelijk betrouwbare informatie. Ik zeg ‘redelijk’ want desinformatie is heus niets nieuws.
Maar tegenwoordig zien we dat de basis van politieke beweegredenen te vaak is gelegen in makkelijke populistische slogans en valse informatie. Mensen laten zich zand in de ogen strooien door romantische plaatjes van koeien in de wei en de angst dat we straks zonder voedsel zitten. En onder zowel rechts als links georiënteerde Nederlanders is een steeds grotere groep ontstaan die vindt dat wij onze grenzen dicht moeten houden voor mensen die vluchten voor oorlog of vervolging, vanwege hun politieke of religieuze overtuigingen, of vanwege hun seksuele geaardheid. Mensen geloven echt dat deze relatief kleine groep verantwoordelijk is voor de woningnood en de criminaliteit. Ze geloven echt dat die ene door de pesticiden- en veevoerproducenten groot geworden partijgewoon door mag gaan met de afbraak en vervuiling van onze natuur en ons water, en dat het boerenbedrijf zo onschuldig is.
En de vastgoedmagnaten, die je ook crimineel zou kunnen noemen, en die verantwoordelijk zijn voor de ellende op de woningmarkt, worden niet gezien.
ROSA is een lokale partij. Dat betekent niet dat we de ogen sluiten voor wat er buiten de gemeentegrenzen gebeurt, integendeel, maar het zorgt wel dat onze doelen en ambities zich eerst en vooral op de Zaanstreek richten. Daarbij hebben we oog voor wat de Zaanstreek uniek maakt: het oude landschap, het veen en de gezagsgetrouwe anarchisten die dat landschap bewonen. Zaans, groen en sociaal, niet voor niets onze leus.
Die drie speerpunten botsten vaak – bijna voortdurend. En dan moeten we een afweging maken. Gaan we voor groen, voor sociaal, voor Zaans? Kan het alledrie?
Een recent voorbeeld is de herontwikkeling van de Peperstraat. Zaans doen zou betekenen dat je dat stukje jaren zestig laat staan, ter herinnering aan de tijd dat alles nog kon. Maar het zou juist weer sociaal zijn om er veel nieuwe, betaalbare woningen te bouwen. En groen wil zeggen dat je natuurlijk niet sloopt – maar als je wel sloopt, kun je die plak asfalt vervangen door een fijn parkje.
Dit dilemma heeft ROSA voor zichzelf getracht op te lossen door in te stemmen met een deel sloop en nieuwbouw, met straks meer betaalbare woningen en meer groen, maar behoud van de iconische Beatrixtoren. Dat blijft onze inzet. De kans is klein dat het lukt, maar zolang die parel er nog staat, blijft er hoop. En er blijft altijd iets knagen – dat ook.
Windmolens zouden ook van iedereen moeten zijn. ‘Alle Zaankanters molenaar!’
Niet alleen het grote geld zou moeten kunnen leven van de wind, maar ook kleine beleggers zouden moeten kunnen investeren in hun eigen energievoorziening. Desnoods met een tientje. Dat verhoogt het draagvlak. En het is wel zo sociaal. Iedereen telt mee, ook mensen met een kleine beurs.
De vraag is hoe we die sociale waarden weer terug krijgen bij de arbeiders. Dat mensen weer keuzes maken op basis van onderbouwde informatie. Dat immigratie en valse overwegingen niet meer de hoofdmoot vormen, maar omkijken naar elkaar, naar de natuur en streven naar klimaatoplossingen.
Volgens mij kan iedereen de wereld veranderen. Want iedereen kan meningen veranderen, en als je meningen verandert, verander je stemgedrag.
Dat kan bijvoorbeeld door een snelweg te barricaderen, door je aan te sluiten bij een actiegroep of door zelf politiek actief te worden. Maar als je in je vriendenkring en op verjaardagen een beetje goed beslagen ten ijs komt, met feitenkennis over immigratiecijfers, over de enorme verslechtering van de vogelstand en het insectenleven. Als je iets weet over CO2-uitstoot en de opwarming van de aarde met alle gevolgen van dien. Als je bijhoudt wat de partijen die nu aan de macht zijn daadwerkelijk voor de gewone mensen doen, en vooral wat ze niet doen. Als je ze eraan herinnert hoe onze gezondheidszorg is achteruitgegaan, en dat we geen bibliotheken, musea en buurthuizen overhouden als we zo doorgaan.
Dan verander je wellicht al iemands kijk op ons landsbestuur. En deze persoon kan dat dan weer doorvertellen.
Want alles van waarde mag dan weerloos zijn.
Wij zijn dat zeker niet.”